De Wet DBA... wat is dat eigenlijk? En waarom is hij ingevoerd? We hebben het voor je op een rij gezet!
Meer over de Wet DBA
De Wet DBA is sinds 2016 van kracht en verving de vertrouwde werkwijze met de VAR-verklaring. De Wet DBA biedt zzp'ers en opdrachtgevers de mogelijkheid om te werken op basis van een modelovereenkomst . Deze modelovereenkomst moet vooraf zijn goedgekeurd door de Belastingdienst. Om het zzp’ers en opdrachtgevers gemakkelijk te maken, stelt de Belastingdienst per branche/beroepsgroep modelovereenkomsten beschikbaar. Hierin staat omschreven aan welke voorwaarden de samenwerking tussen de zzp’er en opdrachtgever moet voldoen. In 2023 introduceerde voormalig minister Van Gennip het wetsvoorstel Wet VBAR, de wet die Wet DBA moet gaan vervangen.
Naheffing en boete
Achteraf kan de Belastingdienst controleren of de regels uit de modelovereenkomst in de praktijk worden nageleefd. Als bij controles schijnzelfstandigheid wordt aangetoond, kan de Belastingdienst de misgelopen werkgevers- en werknemerslasten naheffen en boetes opleggen.
Waarom is de Wet DBA ingevoerd?
Opdrachtgevers waren met het inhuren van zzp’ers met de juiste VAR juridisch gevrijwaard van aansprakelijkheid voor schijnzelfstandigheid. Zij konden dus zonder zorgen zzp’ers inhuren en gemakkelijker als verkapte werknemer onder hun gezagsverhouding laten werken. Zo waren ze goedkoper uit én zaten ze niet vast aan arbeidscontracten met alle risico’s en verplichtingen. Als de werkelijke situatie niet conform de regels was, konden alleen de zzp’ers aansprakelijk worden gesteld. Dat wilde de overheid met de Wet DBA veranderen.
Schijnzelfstandigheid tegengaan
De modelovereenkomsten binnen de Wet DBA omschrijven precies waaraan de samenwerking tussen zzp’er en opdrachtgever moet voldoen. Als alle opdrachtgevers en -nemers zich aan deze regels houden, zou schijnzelfstandigheid tot het verleden moeten behoren. De Belastingdienst was ieder jaar bovendien veel tijd kwijt met het beoordelen van de VAR-aanvragen en had daardoor nauwelijks tijd voor controles op schijnzelfstandigheid. Met de modelovereenkomsten moeten ze die tijd wél krijgen. Op 1 januari 2025 wordt het handhavingsmoratorium opgeheven en controleert de Belastingdienst actief op schijnzelfstandigheid.
Moet voor elke opdracht tussen zzp'er en opdrachtgever een modelovereenkomst worden afgesloten?
Nee. Een modelovereenkomst tussen zzp’er en opdrachtgever is 5 jaar geldig binnen de regels van wet DBA, mits gelijksoortige werkzaamheden worden uitgevoerd. Er hoeft dus niet voor elke opdracht een overeenkomst te worden gesloten.
Hoe wordt de wet gehandhaafd?
Tot minimaal 31 december 2024 wordt de wet niet gehandhaafd. Per 1 januari 2025 heft de Belastingdienst het handhavingsmoratorium op en gaat het actief controles uitvoeren op schijnzelfstandigheid, zo viel te lezen in een brief met stappenplan handhavingsmoratorium. In september 2024 hebben verschillende Tweede Kamerfracties te kennen gegeven dat zij een ‘zachte’ landing willen van de handhaving op schijnzelfstandigheid. Hierbij ligt de focus op situaties van onderbetaling, arbeidsmigranten en ‘evidente schijnzelfstandigheid’.
Kwaadwillenden wél aangepakt – evidente schijnzelfstandigheid
Het opschorten van de handhaving geldt momenteel al niet wanneer iemand door de Belastingdienst als kwaadwillende wordt gezien. Je wordt als kwaadwillend gezien wanneer je opzettelijk schijnzelfstandigheid laat ontstaan of voortbestaan, omdat je weet - of had kunnen weten - dat feitelijk sprake is van een dienstbetrekking. Het gaat hierbij dus niet om situaties waarbij ruis is over de gezagsrelatie, maar om gevallen van opzet, fraude of zwendel. Hierbij kan wél een boete of naheffing volgen.
Hoe ziet de toekomst van de Wet DBA eruit?
De Wet DBA lijkt zijn langste tijd al te hebben gehad. Toenmalig Minister Van Gennip introduceerde in oktober 2023 het wetsvoorstel Wet VBAR. In het wetsvoorstel wordt onder meer het rechtsvermoeden van werknemerschap op basis van het uurtarief besproken. Hiermee is het voor werkenden eenvoudiger een arbeidsovereenkomst te claimen. In september 2024 hebben verschillende Tweede Kamerfracties te kennen gegeven dat zij een ‘zachte’ landing willen van de handhaving op schijnzelfstandigheid. Hierbij ligt de focus op situaties van onderbetaling, arbeidsmigranten en ‘evidente schijnzelfstandigheid’. Tot de komst van de nieuwe wet moeten alle betrokkenen zo slim mogelijk inspelen op de huidige situatie. Dat kan onder meer door te werken via payrolling, waarbij zowel opdrachtgevers als zzp’ers zich geen zorgen hoeven te maken over naheffingen en boetes. Kom meer te weten over deze oplossing.